Een voorbeeld van hoe ik met mijn rekentoets omging waarbij ik de hoofd en bijzaken niet kon scheiden. (centrale coherentie)
Binnen mijn opleiding tot onderwijsassistent werd in het laatste jaar een rekentoets afgenomen. Ik was goed in rekenen al kladderde ik mijn hele papier vol. Ik kleurde de belangrijke dingen en schreef dingen die ik moest onthouden op mijn toets, dan stond het bij elkaar. Hierdoor kon ik voor mijzelf duidelijkheid scheppen binnen de vragen en was het makkelijker het overzicht te houden. De leerkracht vond dit goed en er werd niet moeilijk over gedaan.
Ik had dan ook nooit een probleem met deze toetsen, tot ik hoorde dat het rekenexamen op de computer zou zijn. Ik schoot in paniek, want hoe moest ik nu duidelijkheid creëren. Thuis begon ik als een malle te oefenen maar het lukte me niet meer om een voldoende te halen. Ik merkte dat het iets beter ging als ik de vraag hardop kon lezen en dus hardop kon redeneren over de belangrijke zaken, maar bij een examen mag dat natuurlijk niet. Daarom ging ik naar de leerkracht en legde mijn probleem voor.
Het was niet mogelijk de toets op papier te maken maar misschien dat we konden regelen dat ik de toets in een ander lokaal mocht maken. Hierdoor kon ik hardop redeneren en het zo voor mijzelf inzichtelijk maken. Ik deed een aanvraag bij de examencommissie en in de tijd die ik moest wachten op goedkeuring zorgde ik ervoor dat ik me helemaal suf oefende. Ik ging zelfs naar de bijles om maar meer oefenvragen te krijgen.
Toen het eerste echte oefenmoment kwam voor de toets was speciaal voor mij geregeld dat ik in een andere ruimte mocht zitten. Ik merkte dat dit fijn was en hoopte dat mijn aanvraag rond zou komen. De oefentoets haalde ik met een ruime voldoende en ik kreeg enigszins moed dat de rest ook zou lukken. Mits ik maar apart mocht zitten.
Mijn aanvraag werd goedgekeurd. Ik kreeg extra tijd en een aparte ruimte. Hier kon ik op mijn manier het examen maken. Ik redeneerde hardop, schreef zoveel als ik kon op mijn kladblaadje en de surveillant kwam zelfs nog thee brengen tussendoor omdat hij vond dat ik zo hard aan het werk was. Het examen telde achteraf niet mee omdat de ministers het overhaast vonden. Dit was maar goed ook want landelijk was er een score die gemiddeld 5.2 ofzo was. Voor mij was dit echter een domper. Ik had de toets namelijk met vlag en wimpel gehaald. Ik had een 10 en die kon ik nu niet bijschrijven op mijn lijst, maar in mijn hoofd telde ik die er natuurlijk gewoon bij.
De les die ik jullie hieruit mee wil geven is dat je met ASS recht hebt op verlenging of een eventuele andere aanpak van een toets. Ik wist dit niet tot ik er zelf tegenaan liep en het zou me veel stress gescheeld hebben als ik wist dat er mogelijkheden waren.
Je moet natuurlijk wel kunnen onderbouwen waarom iets nodig is, maar dan is er een grote kans dat je het voor elkaar krijgt om dit te regelen.
Reactie plaatsen
Reacties
Wat fijn dat het dus mogelijk is om verlenging te krijgen zeg! Goed dat je dit deelt.